In Florida waren onderzoekers verbaasd toen ze het gedrag van een Birmese python observeerden.
– Pythons doen voortdurend dingen die ik me nooit had kunnen voorstellen, maar dit was zo’n mooi moment waarop wetenschap en basisprincipes overeenkomen met veldwaarnemingen”, vertelde een van de auteurs van het onderzoek en bioloog bij het Amerikaanse geologische onderzoekscentrum (USGS) Mark Sandfoss aan LiveScience.
In november vorig jaar daalde de temperatuur in Zuid-Florida tot onder de tien graden. Voor slangen betekende dat oncomfortabele omstandigheden.
Toen zagen onderzoekers in het natuurreservaat Big Cypress een python met een sterk opgezwollen buik. De slang leek iets te hebben gegeten dat zo groot was als een hert.
Na een koude nacht merkten de onderzoekers dat de buik van de slang helemaal niet meer uitpuilde. In de buurt werd alleen een “minimaal ontdooide” witstaarthert gevonden. De onderzoekers concludeerden dat de slang het dier had uitgebraakt.
Vorig jaar waren onderzoekers al verbaasd dat pythons herten kunnen eten. Nu staan we voor een nieuwe ontdekking.
Eerder was al bekend dat pythons hun maaltijden uitbraken in koude laboratoriumomstandigheden, maar onderzoekers hebben dit nog nooit in het wild waargenomen, aldus LiveScience.
Slangen zijn variotherm, wat betekent dat hun lichaamstemperatuur varieert naargelang de buitentemperatuur. Daardoor vertragen hun biologische processen, waaronder de spijsvertering, in de kou.
Volgens LiveScience kan het voedsel van een slang in te koude omstandigheden sneller gaan ontbinden dan de slang het kan verteren. Dit leidt op zijn beurt tot de groei van bacteriën. De slang reageert op de bacteriën door zijn maaltijd uit te braken.
Braken kan voor een slang die al hongerig is een energieverslindende bezigheid zijn, maar de onderzochte python overleefde het.
Het overleven van de in Florida als uitheemse soort aangemerkte Birmese python kan verschillende gevolgen hebben. Volgens bioloog Sandfoss verloor de python een van de weinige grote maaltijden die hij slechts een paar keer per jaar eet. Dit kan ertoe leiden dat de slang niet genoeg energie heeft om zich voort te planten, wat zou kunnen helpen om de pythonpopulatie onder controle te houden.
Aan de andere kant kan hij ook een tweede hert doden om de verloren energie te compenseren, wat een extra bedreiging kan vormen voor de herten, waarvan de inheemse roofdieren in Florida afhankelijk zijn.
“In Big Cypress is het aantal herten al jaren aan het afnemen en we denken dat pythons daar een rol in spelen”, zegt Travis Mangione, hoofdauteur van het onderzoek en bioloog bij de NPS, die de nationale parken van de VS beheert.
Het onderzoek, gepubliceerd in het tijdschrift Ecology and Evolution, maakt deel uit van een groter geheel waarin de voedingsgegevens van pythons gedurende een jaar worden geanalyseerd.
Burmese pythons komen al sinds de jaren 70 voor in Florida, maar het onderzoek naar deze dieren is nog steeds beperkt, aldus LiveScience.
